Tijdens deze reis ben ik al best vaak in beregebied geweest, maar ben ik er gelukkig nog geen één tegengekomen. Toch, ondanks dat beren online als gevaarlijk worden bestempeld, lijkt het me best gaaf om er een keer één in het wild te zien. In Japan vind je ze bijna door het hele land, voornamelijk zwarte beren. Deze zijn iets minder gevaarlijk dan bruine beren. Op het noordelijke eiland Hokkaido zitten echter wel juist bruine beren. Nu ik zo dichtbij ben, wil ik er eigenlijk toch wel eentje zien. Niet van dichtbij, maar gewoon op een veilige afstand, van ver weg. Ook het liefst niet tijdens het kamperen ’s nachts, maar gewoon overdag van een grote afstand zodat ik hem goed kan zien. De grootste berenpopulatie op Hokkaido zit in het Nationaal Park Shiretoko, en ik heb besloten dat het voor mij dan ook hier moet gebeuren. Op internet vind ik dat je vanuit een informatiecentrum wandeltochten kunt doen, het natuurgebied in. De wandeltochten zijn niet specifiek bedoeld om beren te spotten, maar je leert er wel hoe je ze kunt vinden, welke sporen ze achterlaten en er bestaat een kleine kans dat je daadwerkelijk een beer ziet. Ik besluit om daarheen te gaan, omdat dat waarschijnlijk mijn beste kans is om er een te zien.

Het Nationaal Park Shiretoko ligt op een uitstekend stuk land helemaal in het noordoosten van Hokkaido. Op het uitstekende stuk land ben ik nu aan de verkeerde kant ten opzichte van het informatiecentrum. Aan deze kant, waar ik nu ben, is het wel mogelijk om walvissen en orka’s te spotten, ook iets wat mij super gaaf lijkt. Dus ik besluit om te kijken of dat mogelijk is. ’s Ochtends als ik wakker word en mijn tentje opruim, is het behoorlijk mistig. Natuurlijk niet ideaal voor het spotten van orka’s en walvissen. In een dorpje loop ik op de bonnefooi een bureautje binnen dat dit soort tours organiseert. Ze hebben een ochtendtour en een middagtour, maar vanwege de mist is de ochtendtour al afgelast. Ze zetten mij wel op de lijst voor de middagtour en ondertussen doe ik wat uitzoekwerk tijdens het wachten. Na een tijdje krijg ik een mailtje dat helaas de middagtour ook is afgelast. Ik twijfel even wat ik moet doen. Ga ik hier een dag blijven en dan de volgende dag orka’s en walvissen spotten, of ga ik naar de andere kant over de bergen om daar beren te spotten? De weersvoorspelling voor morgen is ook niet al te best, dus de kans dat die tours doorgaan is ook niet zo groot. Ik besluit daarom om verder te fietsen.


Door het Nationaal Park fiets ik over de bergen van de ene kant naar de andere kant van het uitstekende stuk land. Het is hier nog niet heel warm, dus ik fiets door een heel besneeuwd landschap. Onderweg zie ik al veel herten, maar dat is natuurlijk niet waarvoor ik hier ben gekomen. Ik wil nog steeds die beer zien. De tour die ik vanuit het informatiecentrum wil gaan doen is vrij prijzig, maar het is wel mijn beste kans om beren te zien, dus ik wil hem eigenlijk wel gaan doen. Eenmaal over de bergen aan de andere kant moet ik nog een klein stukje naar het informatiecentrum fietsen. Ik zit midden in een afdaling en ineens zie ik een stukje verderop allemaal mensen op de weg staan met camera’s naar mij gericht. Ik heb inmiddels wat volgers op social media, maar ik ga er toch niet vanuit dat ik zo’n ster ben dat ze me hier opwachten. Dit moest wel betekenen dat er iets vlak bij mij was. Omdat ze de camera’s op mij gericht hadden, rem ik af en kijk in het rond of ik iets zie. En daar, op een veilige afstand, zie ik een beer. Wow! Dit had ik niet verwacht. Wat onwijs gaaf en indrukwekkend om zo in het wild te zien! Laat die tour vanuit het informatiecentrum maar zitten. Mijn doel is geslaagd: ik heb een beer gezien!